Als je zwanger bent moet je goed voor jezelf en je kleintje zorgen.

Voor beide is gezonde, maar ook de juiste voeding belangrijk.

Voor na de bevalling heb je voor je kleintje de volgende keuze, namelijk borstvoeding of kunstvoeding.

Beide hebben zo zijn voor en nadelen.

De keuze hierin, is helemaal aan jou, doe vooral waar jij je goed bij voelt.

Zowel bij borstvoeding als bij kunstvoeding is het lichamelijk contact en de persoonlijke aandacht van groot belang voor het verloop van de voedingen en voor de hechting of band tussen ouder en kind.

Vooral direct na de geboorte is het eerste uur erg belangrijk om huid op huid contact te hebben en indien wenselijk de baby de gelegenheid te geven te zoeken naar de borst.

Hierbij is ook van groot belang dat er gevoed wordt in een rustige omgeving.

Dat er zowel bij borstvoeding als bij flesvoeding goede en juiste voedingshoudingen worden gebruikt.

Van belang is ook dat de pasgeborene bij de beide manieren van voeden zijn eigen voedingsritme kan bepalen, door voeding aan te bieden als hij/zij daar om vraagt. 

Let daarbij goed op de hongersignalen!

(huilen, hij likt aan zijn lipjes, draait zijn hoofdje en zoekt de borst, hij brengt de handjes naar zijn mondje en likt aan zijn handjes, hij balt zijn vuisten)

Alle kinderen vallen ook altijd af na hun geboorte ongeacht welke voeding hij of zij krijgt en mogen er ongeveer veertien dagen over doen om weer op geboortegewicht te komen.

Borstvoeding

Borstvoeding is voor een pasgeborene de meest natuurlijke en fysiologisch start.

Borstvoeding is natuurlijk het allerbeste wat je je kindje kunt meegeven. 

Het is altijd de juiste temperatuur en is altijd beschikbaar.

Bij het geven van borstvoeding is de huid op huid contact direct na de geboorte erg belangrijk, zodat de baby al zoekend(zoekreflex-automatische reactie-waarbij je kindje zijn mond opent bij aanraking van de borst met de lippen of wangen) de tepel kan vinden, hierdoor krijg je een toeschietreflex ( moedermelk wordt onder invloed van het hormoon oxytocine vanuit de melkkliertjes richting de tepel 'gestuwd') in de borst, waarna ze de eerst aanwezige colostrum(de eerste melk die je borsten aanmaakt ca 2 a 4 dagen) kunnen drinken, daarna gaat de colostrum geleidelijk over in rijpe moedermelk.

Colostrum bevat relatief grote hoeveelheden stoffen die het kind beschermen tegen ziekten en de immuniteit verhogen.

Borstvoeding geven gaat met vraag en aanbod.

Direct na de geboorte zal het nog niet zo heel veel drinken.

En door het frequent aanleggen van je kindje bevordert de hoeveelheid melk in de borsten.

Zorg altijd voor privacy en een warme en rustige omgeving.

En een aangename ontspannen maar alerte houding.

Laat de baby de borst ook goed leegdrinken, zodat ze ook het vette melk achter uit de borst drinken.

Hoe langer de tijd is tussen de voedingen des te voller de borsten en des te minder vetgehalte in de borst.

Het welslagen van de borstvoeding staat of valt met het goed en correct aanleggen van je baby.

Daarom is het belangrijk dat je de diverse borstvoedingshoudingen zo snel mogelijk leert.

Zoals bijvoorbeeld de achteroverleunende houding, madonnahouding, doorgeschoven houding, rugbyhouding, zij liggende houding, rechtop houding, voorover hangende houding, maar ook een houding waarbij je de kin ondersteunt met je hand(duim en wijsvinger, rest de borst).

Maar zorg er wel altijd voor de het hoofdje en het lijfje in een lijn liggen/zitten.

Voor het goed op gang brengen van de borstvoeding leg je je kindje minstens 8 a 12 keer per 24 uur aan.

Het is niet erg als het aanleggen niet iedere keer lukt.

De baby moet na de bevalling nog bijkomen en is erg moe, maar heeft tijdens de zwangerschap voldoende vetreserves opgebouwd voor de eerste dagen na de bevalling.

Je kunt ook niet weten hoeveel zij binnen krijgen per voedingsmoment, maar je mag ervan uit gaan dat het precies naar behoefte zal zijn.

Als je goed kijkt naar je kindje dan zie en hoor je het zuigritme, vaak is het een aantal keer zuigen, slikken en even rust. 

Na het voldoende toeschieten van de melk verandert het zuigritme meestal in een keer zuigen en dan slikken, dit heet dan voedend zuigen.

Door goed te observeren leer je je kindje ook steeds beter kennen.

Behalve dan in het begin, waarbij de tepels en de borsten nog aan de situatie moet wennen, moet borstvoeding geven geen pijn doen, doet dit het wel, dan is dat een teken dat je baby niet goed is aangelegd.

Je koppelt je baby los van de borst en legt hem opnieuw aan.

Het goed aanleggen gaat als volgt:(na het plassen(voor het samentrekken vd fundus) handen wassen)

• neem de juiste houding aan
• baby is rustig
• zorg dat de buik van de baby tegen jouw buik zit of ligt
• zorg dat het hoofd in een lijn is met het lijfje
• kijk naar de hongersignalen
• streel met de tepel de bovenlip, kijk naar de toeschietreflex
• zorg dat het mondje zo goed als mogelijk wijd open is
• breng de tepel richting gehemelte aan
• zorg dat zoveel mogelijk van de tepelhof in het mondje verdwijnt en niet alleen de tepel
• je voelt dan de toeschietreflex, voelt soms wat onaangenaam/tintelend aan, maar trekt weg
• baby is goed aangelegd als het drinkt met zn hoofd wat achterover en de kin tegen de borst, mondje wijd open, lippen getuit en tong zichtbaar is aan de zijkant.
• na het snelle zuigen, wat hoor en voelbaar is, om het toeschietreflex op te wekken, gaan ze over in rustiger patroon
• bij voldoende te hebben gedronken laat je kindje vanzelf los
• leg je kindje niet goed aan, dan gebruik je je pink en die zet je voorzichtig in de mondhoek van je kindje om de vacuüm er af te halen, zodat het loslaat

   

  Rooming-in(slapen op dezelfde kamer/naast je bed tijdens het eerste half jaar) is ook erg belangrijk tijdens de borstvoeding, maar ook bij flesvoeding om zo de hongersignalen sneller te herkennen en vanwege de hechtingsband met je kleintje.

  Soms is het nodig om je kindje bij te voeden ivm bijvoorbeeld het nog niet goed op gang komen van de melkproductie of het kindje is teveel afgevallen.

  Dan kun je de fles aanbieden met evt. kunstvoeding, maar ook donormelk is een optie.

  Voor het opgang brengen van de melkproductie kan dan in overleg met de verloskundige er voor gekozen worden om een twee fasen kolf pomp te gaan gebruiken, die kun je vaak huren bij een thuiszorgwinkel of een borstvoedingscentrum.

  De afgekolfde melk kan dan ook per fles worden gegeven.

  Zodra de borstvoeding op gang is gekomen kun je later indien wenselijk ook een borstkolf apparaat zelf kopen om zo de productie eventueel te onderhouden en of alvast melk te sparen voor als je eventueel weer aan het werk zou moeten.

  Tip: 

  Bij een borstvoedingscentrum zou je een consult kunnen aanvragen om daar te plekke de verschillende borstkolf apparaten te kunnen uitproberen en kijken wat jij zelf fijn en handig vindt.

  Bij borstvoeding krijgt je kindje vanaf dag 8 ook extra vitamine D(tot en met 4 jaar of langer) en K(™ 12 weken) en dit geef je dmv een babylepeltje 1 keer per dag en evt voor de voeding en het liefst op 1 vast moment van de dag.

Kunstvoeding

Borstvoeding is voor een pasgeborene de meest natuurlijke en fysiologisch start, maar als dit om medische redenen niet mogelijk is of niet gewenst is, dan is zuigelingenvoeding een goed alternatief.

Kunstvoeding of zuigelingenvoeding moet volgens de warenwet aan hele strenge eisen voldoen, zodat de pasgeborene alle voedingsstoffen in de juiste hoeveelheden binnen krijgt om te kunnen groeien.

De meeste kunstvoeding is dan ook gemaakt van koemelk, maar sommige van geitenmelk.

Voor een baby tot en met zes maanden wordt de kunstvoeding zuigelingenvoeding genoemd en na zes maanden wordt het opvolgmelk genoemd. Vanaf 1 jaar kun je ze gewone melk aanbieden. 

In de wereld van kunstvoeding bestaan er veel merken en eigen merken. Maar feitelijk maakt het niets uit welk merk je aanbiedt, want ze moeten allen aan dezelfde wettelijke eisen voldoen.

Een verschil tussen koemelk en geitenmelk is dat geitenmelk lichter verteerbare eiwitten bevat dan koemelk en de essentiële mineralen uit geitenmelk worden beter opgenomen door de darmpjes van de baby en zijn beter verteerbaar.

Voor flesvoeding heb je een goede juiste fles nodig en ook in deze wereld zijn er tal van verschillende flessen te verkrijgen.

Het beste is wel te letten op een luchtfiltersysteem in de fles.

Dit voorkomt voor een groot deel dat ze teveel lucht binnen krijgen en dan krampjes kunnen krijgen.

Verder heb je smalle flessen en brede flessen met verschillende spenen.

De brede flessen sluiten beter aan op het idee van de borst zeggen ze.

Wat heb je verder nodig:

• een schone werkplek met een schone theedoek of hydrofiele doek om op te werken
• kunstvoeding in pak of blik
• koud kraanwater of afgekoeld gekookt water of bronwater

(bar le duc of spa blauw is het beste, andere bevatten eigenlijk teveel zouten en mineralen)

• het maatschepje uit de verpakking van de kunstvoeding
• apart klein bakje of zakje voor het maatschepje
• een gesteriliseerde schone fles met speen
• pan met water om au bain marie te verwarmen of een flessenwarmer
• vork

Meer informatie

Borstvoeding is natuurlijk maar gaat niet altijd vanzelf. De vereniging Borstvoeding Natuurlijk (VBN) is er voor moeders die graag borstvoeding willen geven maar hier vragen over hebben, informatie over zoeken of een steuntje in de rug nodig hebben.
Ook geven we informatie aan andere geïnteresseerden zoals partners, familie of zorgverleners. Alle contactpersonen zijn moeders die zelf borstvoeding hebben gegeven en daarnaast door de VBN zijn opgeleid.

http://www.borstvoedingnatuurlijk.nl

Borstvoedingorganisatie La Leche League (LLL) is een vrijwilligersorganisatie, opgericht in 1956 en al sinds 1976 een betrouwbare informatiebron voor ouders en zorgverleners op het gebied van borstvoeding.

Vragen over borstvoeding? Wij zijn er voor je. Onvoorwaardelijk. Onafhankelijk.

https://www.borstvoeding.nl